Lesstof & Beoordeling

“Leren is doen, doen is leren”, zeggen we vaak. We bieden de lesstof zo praktisch mogelijk aan. Dus meten we vaak met allerlei materiaal bij Rekenen, hebben we zo min mogelijk lees- en schrijfwerk in de praktijkvakken en gaat het bij Nederlands vaak over onderwerpen die te maken hebben met wonen, werken en vrije tijd.

De praktijkvakken zijn: Bouwtechniek, Expressie, Groen, Koken, Metaaltechniek, Techniek, Textiele vormgeving, Verkoop, Dienstverlening en zorg.

In de eerste en tweede klas volgen leerlingen alle vakken. In de derde mogen leerlingen een praktijkvak laten vallen. In de vierde volgen leerlingen twee of drie praktijkvakken. De vijfdejaars mogen zich verder specialiseren in een vak door het volgen van een branche-erkende cursus.

Naast de praktijkvakken worden de volgende vakken aangeboden: Nederlands, Engels, Rekenen, Mens & Maatschappij, ICT, Sociale Vaardigheden, Loopbaanorientatie en -begeleiding, Lichamelijke Opvoeding (gym). Voor deze vakken gebruiken we boeken en materialen die speciaal voor het PrO ontwikkeld zijn; boeken uit het vmbo en materiaal dat we zelf geschreven hebben. Soms gebruiken we oefenmateriaal uit het basisonderwijs.

We leren niet alleen op school, maar ook daarbuiten. In de derde klas gaan groepen leerlingen onder begeleiding van een docent oefenen in een supermarkt, meehelpen in een verzorgingshuis, de tuin van een basisschool of tehuis onderhouden en meehelpen in een groot magazijn. Dit doen we als voorbereiding op de stages in de vierde klas. Een andere vorm van voorbereiding is arbeidstraining. Op school oefenen leerlingen door opdrachten uit het bedrijfsleven te doen.

In de vierde klas gaan leerlingen op stage. Twee dagen per week lopen leerlingen mee op een bedrijf van hun keuze. Ze maken dan kennis met een beroepsrichting. Na drie maanden kiezen leerlingen een andere stage, zodat ze na een jaar snuffelstages een beeld hebben van hun mogelijkheden en interesses. In de vijfde kunnen leerlingen zich nog verder oriënteren door snuffelstages, of ze gaan zich specialiseren in een richting. Dan kan een leerling ook een cursus in die beroepsrichting volgen.